Een antenne switch wordt ook wel een antenne schakelaar genoemd. Met een antenne switch kun je selecteren welk apparaat bijv. zender, ontvanger of transceiver je wilt gebruiken aan een antenne. De voordelen van een antenne schakelaar (duplexer of triplexer) is de mogelijkheid voor het gebruik van meerdere antennes, ook wel antennediversiteit genoemd, verbetert draadloze verbindingen en is vooral effectief bij het verminderen van multipath. Antennediversiteit heeft ook het voordeel dat terwijl de ene antenne in een diepe fade is, het waarschijnlijk is dat een andere antenne een sterk genoeg signaal.
Met een Duplexer, de naam zegt het waarschijnlijk al, kun je twee transceivers op één antenne gebruiken of omgekeerd twee antennes op één transceiver. Met een Triplexer kun je drie transceivers op één multiband antenne gebruiken of omgekeerd drie antennes op drie transceivers. Ook bestaan er quadplexers voor vier antennes op één transceiver of vier transceivers en één multiband antenne.
Een andere toepassing is de back-to-back opstelling. Hierbij worden twee duplex/triplexfilters met de rug tegen elkaar onderling met één coax kabel met elkaar verbonden en zijn meerdere transceivers zonder omschakelen via één coaxkabel met meerdere antennes verbonden.
Je kunt een duplexer vergelijken met een diplexer. Bij een diplexer werken de poorten in dezelfde band en wordt er een poort gebruikt voor zenden, een poort voor ontvangen en de gezamelijke poort is voor het aansluiten op een antenne. Een duplexer koppelt de zender en ontvanger aan een antenne waarbij er isolatie zit tussen de zender en de ontvanger. Door dit te doen wordt de ontvanger niet beschadigd door het zendvermogen van de zender. Een duplexer filter moet een smalle karakterestiek hebben om een zo laag mogelijke demping te verkrijgen op e ene poort en een zo hoog mogelijke demping op de andere poort. Duplexers worden veelal gebruikt bij radar installaties en repeaters. hierbij liggen de zendfrequenties en ontvangstfrequenties redelijk dicht bij elkaar. Diplexers zijn minder geschikt voor radar installaties en repeaters omdat de frequenties bij diplexers verder uit elkaar liggen, tenzij een repeater zendfrequentie en ontvangstfrequentie op verschillende banden zit (zgn. crossband repeaters)
De kenmerken zijn dat de doorlaatdemping van de zender naar de antenne laag is en van de antenne naar de ontvanger ook laag is, minder dan 1dB aan verlies. De isolatie (sper demping) tussen de zender en de ontvanger dien hoog te zijn. Minimaal 80dB, 90dB is beter en meer dan 100dB demping is zeer gewenst.
Een diplexer is voorzien van drie aansluitingen en één daarvan heeft een gedeelde aansluiting. De overige twee aansluitingen worden gecombineert tot een gezamelijke aansluiting. De twee gecombineerde aansluitingen werken op frequenties die ver uit elkaar liggen of frequenties die op verschillende banden zitten. Vaak word een diplexer een splitter of combiner met filter genoemd. Voor zowel het zenden als het ontvangen van dezelfde band gaat via dezelfde weg. Door bijv. een lowpass filter en een higpass filter te koppelen met elkaar kun je de VHF-band via de lowpass filter doorlaten en de UHF-band via de highpass filter. Op deze manier kunnen twee transceivers (UHF en VHF) aan één enkele antenne worden aangesloten. Of je kunt twee antennes aan een transceiver aansluiten dan wordt het een antenne voor VHF-band en een antenne voor de UHF-band. Op deze manier kun je met één coaxkabel rondstralen en gebruiken als richtantenne.
Met een triplexer of een quadplexer kun je drie en vier banden splitsen en combineren. De hoogste band werkt via een highpass filter en de laagste band via een lowpass filter. De tussenliggende banden gaan via een bandfilter. Het is mogelijk om UHF, VHF en HF signalen via één kabel door te laten maar dat is zeer ongebruikelijk.
De overeenkomsten tussen een duplexer en diplexer zijn;